Fors deel voortijdig schoolverlaters keert weer terug in onderwijs

In het schooljaar 2009/’10 volgde ongeveer 30 procent van de voortijdig schoolverlaters uit 2004/’05 weer onderwijs of had alsnog een startkwalificatie behaald. Vrouwen deden dit vaker dan mannen.

15 procent alsnog startkwalificatie

In het schooljaar 2004/’05 verliet 4,5 procent van de jongeren onder 23 jaar het voortgezet onderwijs, mbo of vavo zonder een startkwalificatie. Van deze voortijdig schoolverlaters (vsv’ers) volgde bijna 30 procent 5 jaar later weer onderwijs of had alsnog een startkwalificatie gehaald. Aan het begin van het schooljaar 2009/’10 was uiteindelijk 15 procent van de voortijdige schoolverlaters uit 2004/’05 alsnog voldoende gediplomeerd.

Terugkeer vrouwen hoger dan van mannen

Vrouwelijke voortijdig schoolverlaters namen iets vaker weer deel aan het onderwijs of haalden een startkwalificatie dan mannen, 31 procent versus 27 procent. Het aandeel dat begin 2009/’10 inmiddels een startkwalificatie had, was onder vrouwen ook hoger dan onder mannen, 16 procent versus 14 procent.

Vsv’ers die weer onderwijs volgen of met alsnog startkwalificatie

Vsv’ers die weer onderwijs volgen of met alsnog startkwalificatie

Meer Surinaamse dan autochtone vrouwen halen alsnog startkwalificatie

Van de Surinaamse vrouwen die in 2004/’05 het onderwijs voortijdig verlieten, had 18 procent alsnog een startkwalificatie aan het begin van schooljaar 2009/’10. Dat is net iets meer dan bij de autochtone vrouwen en beduidend meer (7 procentpunt) dan bij Surinaamse mannen. Over het algemeen is het aandeel voortijdig schoolverlaters dat terugkeert in het onderwijs en alsnog een startkwalificatie haalt het hoogst onder autochtonen.

Vsv’ers uit 2004/’05 met alsnog startkwalificatie op 1 okt 2009/’10 naar herkomst

Vsv’ers uit 2004/’05 met alsnog startkwalificatie op 1 okt 2009/’10 naar herkomst

Terugkeer hoger bij stabiele thuissituatie

Ongeveer 15 procent van de voortijdig schoolverlaters uit 2004/’05 hebben in de periode 2002-2004 een verandering gehad van de huishoudvorm waarin ze leefden. Bijvoorbeeld een scheiding of hertrouwen van de ouders of het zelf krijgen van een kind. Onder deze jongeren is het aandeel dat daarna alsnog een startkwalificatie haalt ongeveer 4 procentpunt lager dan onder voortijdig schoolverlaters waarbij de thuissituatie stabiel bleef.
Dit verschil is nagenoeg gelijk voor vrouwen en mannen.

Vsv’ers uit 2004/’05 met alsnog startkwalificatie op 1 okt 2009/’10 naar wijziging in huishoudvorm

Vsv’ers uit 2004/’05 met alsnog startkwalificatie op 1 okt 2009/’10 naar wijziging in huishoudvorm

Frank P. Pijpers

Bronnen: