Tekort overheid 2014 met 2,3 procent gelijk aan jaar eerder

Het overheidstekort kwam in 2014 uit op 2,3 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Dit is evenveel als het jaar ervoor. De schuldquote van de overheid bleef ook vrijwel stabiel en was aan het eind van het jaar 68,8 procent van het bbp. Dit meldt het CBS vandaag. Deze cijfers zijn de eerste officiële raming van het gerealiseerde overheidstekort en de overheidsschuld en worden vandaag ook naar de Europese Commissie gestuurd.

Overheidstekort 15 miljard euro

Het tekort van de overheid in 2014 bedroeg 15,0 miljard euro. Dit was 0,4 miljard euro meer dan een jaar eerder. Doordat ook het bbp toenam, bleef het tekort als percentage van het bbp gelijk, 2,3 procent. Het overheidstekort bevindt zich daarmee voor het tweede jaar op rij onder de 3-procentsnorm. In 2009 bereikte het tekort nog een hoogtepunt van 33,7 miljard euro, oftewel 5,5 procent van het bbp. Sindsdien is het tekort gestaag gedaald.

Tekort centrale overheid 7,1 miljard euro

De centrale overheid, voornamelijk het Rijk, droeg voor meer dan 7 miljard euro bij aan het tekort. Dit is 2,2 miljard meer dan het jaar ervoor. De uitgaven van 2013 bevatten echter enkele omvangrijke eenmalige effecten zoals de verkoopopbrengsten van telecomfrequenties en kapitaalinjecties in verband met de redding van SNS Reaal.

Aan de uitgavenkant van het Rijk namen vooral de inkomensoverdrachten toe. Het ging voornamelijk om Rijksbijdragen aan andere overheden en afdrachten aan de Europese Commissie. Dit werd nog eens versterkt door een naheffing als gevolg van een herberekening van het bruto nationaal inkomen waarop een deel van de afdrachten is gebaseerd. Daarentegen daalde de zorgtoeslag flink door wijzigingen in de aanvraagcriteria.

Flink hogere belastingopbrengsten

De hogere uitgaven bij het Rijk werden deels gecompenseerd door hogere inkomsten. De belastingopbrengsten stegen met 8,4 miljard euro. Vooral bedrijven en instellingen hadden te maken met hogere belastingafdrachten. De woningcorporaties zagen hun lasten stijgen door de verhuurdersheffing terwijl banken eenmalig een heffing kregen opgelegd ter financiering van de redding door de Staat van SNS Reaal een jaar eerder. Ook de vennootschapsbelasting bracht een stuk meer op, evenals de dividendbelasting. De aardgasbaten namen met ruim 4,5 miljard euro fors af door lagere prijzen en minder productie. Ook de dividendopbrengsten van DNB namen af.

Tekort provincies verdubbeld, tekort gemeenten gehalveerd

Het saldo van de lokale overheden bevond zich ook het afgelopen jaar in de min. Zij hadden een tekort van 2,1 miljard euro, iets slechter dan het jaar ervoor. Het tekort van de provincies verdubbelde tot 0,9 miljard euro, onder meer als gevolg van minder Rijksbijdragen. Het tekort van gemeenten halveerde daarentegen tot 1,1 miljard euro. De gemeenten hielden veel geld over aan grondtransacties. Ze kochten minder grond aan, maar verkochten meer. Ook de Rijksbijdragen aan gemeenten namen toe. De uitkeringen in het kader van de WMO namen af, terwijl meer beroep op de bijstand juist tot hogere uitgaven leidde.

Uitgaven ouderdoms- en werkloosheidsuitkeringen toegenomen

De sociale-zekerheidsfondsen hebben al jaren hoge tekorten. In 2014 nam het tekort af tot 5,8 miljard euro. De uitgaven aan ouderdoms-, werkloosheids- en zorguitkeringen namen toe. De instroom in de AOW had nog altijd een groter effect op de uitgaven dan het verschuiven van de AOW-leeftijd met een maand per jaar. De uitgaven aan werkloosheidsuitkeringen namen toe doordat gemiddeld over 2014 meer mensen een uitkering kregen dan in 2013. De zorguitgaven stegen maar gematigd. Na jaren van sterke stijgingen bleef de groei van de zorguitgaven voor het tweede jaar op rij onder de 1 procent. Tegenover de hogere uitgaven stond een toename van de inkomsten. Het Rijk droeg meer bij aan de sociale-zekerheidsfondsen. Verder stegen ook de wettelijke sociale premies ten laste van werkgevers sterk.

Schuldquote bijna gelijk gebleven

De overheidsschuld steeg afgelopen jaar met 10 miljard euro tot 451 miljard euro. Als percentage van het bbp bleef de schuld met 68,8 procent bijna gelijk. De waardetoename van het bbp in 2014 compenseerde bijna volledig de hogere schuld in euro’s. De stijging van de schuldquote sinds 2008 vlakt af. Van 2008 tot 2013 steeg de schuldquote van 54,8 procent naar bijna 69 procent.

De overheidsschuld nam minder toe dan het tekort van 15,0 miljard euro. Het tekort moest grotendeels gefinancierd worden door het aangaan van nieuwe schulden, voornamelijk via uitgifte van staatsobligaties. Het Rijk ontving echter ook inkomsten uit aflossingen en terugbetalingen van vorderingen die niet meetellen in het overheidstekort. Met deze inkomsten kon ook een deel van het tekort worden gefinancierd. Het ging daarbij onder meer om aflossingen van de ING en de verkoop van de hypotheekportefeuille die de Staat in 2009 van de ING overnam. Dat leverde de schatkist ruim 6 miljard euro op.

Bronnen: