De Nederlandse economie 2007

Vandaag verschijnt de publicatie De Nederlandse economie 2007. Hierin analyseert het CBS de actuele ontwikkeling op het terrein van onder meer de productie, investeringen, handel, consumptie, inflatie en de arbeidsmarkt. Daarnaast komen een aantal langer lopende economische thema’s aan bod.

Hoogste economische groei in zeven jaar

In 2007 groeide de Nederlandse economie met 3,5 procent. Net als in 2006 groeide de economie dus ook in 2007 sterk. De uitvoer leverde net als in voorgaande jaren de belangrijkste bijdrage aan de economische groei. Ook de investeringen bleven sterk toenemen. De groei van de consumptie door huishoudens vlakte daarentegen af. Door de groei van de werkgelegenheid, de loonstijging en de goede prestaties van zelfstandigen hadden huishoudens in 2007 wel fors meer te besteden. De vraag naar arbeid hield sterk aan: het aantal openstaande vacatures bereikte een recordhoogte.

Nederland sterk internationaal georiënteerd

De ligging van Nederland en haar eeuwenoude handelstraditie hebben de Nederlandse economie een sterk internationale oriëntatie bezorgd. In vergelijking met andere landen kent Nederland bijvoorbeeld veel grensoverschrijdende bedrijfshandel: dit is handel tussen twee filialen van hetzelfde bedrijf over landsgrenzen heen. De hoge mate van bedrijfsinterne handel hangt voor een groot deel samen met de distributiefunctie die Nederland heeft voor de rest van Europa.

De Nederlandse distributiefunctie heeft ook tot gevolg dat Nederland relatief weinig hinder ondervindt van de opkomst van China als economische grootmacht. In feite profiteert Nederland vooral van China, omdat Chinese producten hier na een korte bewerking weer worden doorgevoerd naar andere Europese landen. Van concurrentie uit China heeft Nederland in tegenstelling tot menig ander Europees land niet zo veel last, omdat het Chinese exportpakket nauwelijks overlapt met het Nederlandse productiepakket.

Een bijdrage van de Nederlandsche Bank laat zien dat Nederlandse banken, verzekeraars en pensioenfondsen door de liberalisering en deregulering van financiële markten een grotere internationale oriëntatie gekregen hebben. De relatief kleine thuismarkt en de noodzaak tot risicospreiding waren een stimulans om over de landsgrenzen heen naar schaalvergroting te zoeken. In 2007 bleek de verruiming van de internationaal geldende regels rond kredietverlening echter te hebben geleid tot ondoorzichtigheid van de risico’s.

De ontwikkeling van de inflatie

Na de piek in 2001 bleef de inflatie in de periode 2004-2007 relatief laag. Deze lage inflatie werd vooral veroorzaakt door een afname van de loonkosten per eenheid product. Door de aanhoudende spanning op de arbeidsmarkt en de stijgende grondstofprijzen liep de inflatie in de eerste helft van 2008 op.

De woningmarkt

In 2007 zijn de meeste nieuwbouwwoningen opgeleverd in negen jaar. Desondanks is er nog altijd een kwantitatief en kwalitatief woningtekort. Het aantal jongeren en ouderen dat alleen woont stijgt, wat een specifieke woonvraag met zich meebrengt. Ook willen steeds meer mensen een koopwoning. Vooral (door)starters hebben moeite een passende koopwoning te vinden. 

Inkomensverschillen na jaren tachtig weinig veranderd

Ondanks de recentelijk in de aandacht gekomen topsalarissen en bonussen zijn de inkomensverschillen na de jaren tachtig nauwelijks meer veranderd. Ook in vergelijking met andere Europese landen is de ongelijkheid in Nederland nog altijd laag. Het huishoudensinkomen ligt relatief laag bij alleenstaanden, eenoudergezinnen en 65-plussers.

Overwaarde en koerswinsten bron voor extra consumptie

Nederlandse huishoudens gaven in de jaren 2003-2006 meer geld uit dan er binnenkwam. Hiervoor hebben zij hun eigen vermogen moeten aanspreken. Dit was mogelijk doordat het eigen vermogen in deze periode sterk is gegroeid als gevolg van de waardestijging van huizen en effecten.