Inkomens in de wijken van de grote steden

Van de vier grote steden had Rotterdam in 2000 het laagste huishoudensinkomen. Het aandeel huishoudens met een langdurig laag inkomen was er ook het grootst: 12 procent. Toch lagen de wijken met de meeste langdurig lage inkomens in Den Haag.Voor nagenoeg ieder Amsterdams stadsdeel lag het percentage huishoudens dat afhankelijk was van een uitkering boven het landelijk gemiddelde.

Afwijking gestandaardiseerd inkomen t.o.v. landelijk gemiddelde, 2000

Afwijking gestandaardisserd inkomen t.o.v. landelijk gemiddelde, 2000

Gemiddeld inkomen het laagst in Rotterdam

Rotterdam was de grote gemeente met het laagste gestandaardiseerde huishoudensinkomen: 10 procent onder het landelijk gemiddelde van 18 duizend euro. Rotterdam had ook het grootste aandeel langdurig lage inkomens. In de wijken Delfshaven en Feijenoord was het aandeel langdurig lage inkomens ruim drie keer zo hoog als landelijk. In Hoek van Holland daarentegen bedroeg het aandeel slechts 4 procent.

Wijken in de vier grote steden naar langdurig lage inkomens, 2000

Wijken in de vier grote steden naar langdurig lage inkomens, 2000

Grote inkomensverschillen tussen de Haagse wijken

Binnen Den Haag bestaan grote inkomensverschillen tussen de wijken. In de Schilderswijk lag het gestandaardiseerde inkomen 28 procent onder het landelijk gemiddelde. Deze wijk had met 35 procent van de niet-actieve huishoudens ook het hoogste percentage afhankelijk van een uitkering. Dit staat in scherp contrast met de wijk Benoordenhout, waar 3 procent een uitkering ontving en het gestandaardiseerde inkomen 63 procent hoger was dan gemiddeld.

Amsterdam stad van de uitkeringen

Het inkomen van Amsterdamse huishoudens lag 3 procent onder het landelijk gemiddelde. Nagenoeg al de Amsterdamse stadsdelen hadden een relatief hoog percentage huishoudens dat afhankelijk was van een uitkering. De enige uitzondering hierop was het stadsdeel Zuideramstel. Toch lag ook daar het aandeel langdurig lage inkomens met 7 procent net iets boven het landelijk gemiddelde. Stadsdeel Bos en Lommer had met een gestandaardiseerd inkomen van 18 procent onder het landelijk gemiddelde het laagste inkomen.

Utrecht niet extreem

De vierde stad van Nederland is een afspiegeling van het Nederlands gemiddelde. Het gestandaardiseerde inkomen lag er in 2000 net iets boven het landelijk gemiddelde. Binnen Utrecht zijn de inkomensverschillen tussen wijken kleiner dan in de andere grote steden.

Hans Kasperski