Steeds meer vrouwen sterven aan longkanker

Het aandeel vrouwen dat aan longkanker sterft, stijgt. Het aandeel mannen dat aan deze ziekte bezwijkt, daalt echter sinds midden jaren tachtig. De oorzaak van deze tegengestelde trend is dat vrouwen veel later dan mannen op grote schaal zijn gaan roken.

Aantal sterfgevallen aan longkanker per 100 duizend inwoners naar geslacht

Aantal sterfgevallen aan longkanker per 100 duizend inwoners naar geslacht

Minder mannen, meer vrouwen

In 2003 was het aandeel mannen dat aan longkanker stierf 40 procent lager dan twintig jaar geleden. Na een stijging in de jaren zeventig stabiliseerde zich het aantal sterfgevallen. Sinds 1986 daalt het aandeel mannen dat aan longkanker sterft. In 2003 stierven 79 op de 100 duizend mannen aan longkanker.

Het aandeel vrouwen dat aan longkanker sterft is beduidend lager dan dat van mannen. De sterfte aan deze ziekte is sinds 1970 bij vrouwen echter wel vervijfvoudigd. In 1970 stierven 7 op de 100 duizend vrouwen aan longkanker, in 2003 waren dat 33 vrouwen.

Aantal sterfgevallen aan longkanker per 100 duizend inwoners naar leeftijd en geslacht, 2003

Aantal sterfgevallen aan longkanker per 100 duizend inwoners naar leeftijd en geslacht, 2003

Vrouwen jonger dan mannen

De gemiddelde leeftijd van de mannen die in 2003 aan longkanker stierven was 70,5 jaar. Vrouwen die aan longkanker stierven waren gemiddeld 4 jaar jonger.

Het aantal sterfgevallen aan longkanker neemt voor zowel mannen als vrouwen toe met de leeftijd. Driekwart van alle mannen die in 2003 aan longkanker stierven, was ouder dan 65 jaar. Bij vrouwen was 58 procent van de overledenen 65 jaar of ouder. Meer vrouwen dan mannen waren jonger dan 50 jaar op het moment dat ze aan longkanker overleden.

Aandeel rokers van vijftien jaar of ouder

Aandeel rokers van vijftien jaar of ouder

Rookgedrag

De daling van de sterfte aan longkanker bij mannen en de stijging bij vrouwen zijn vooral het gevolg van het rookgedrag van beide groepen.

Sinds eind jaren vijftig is het aandeel mannen dat rookt sterk gedaald: van 90 procent tot 33 procent in 2003. Het aandeel rokende vrouwen nam in de jaren vijftig en zestig daarentegen toe. Sinds 1970 is het aandeel vrouwen dat rookt geleidelijk gedaald tot 27 procent in 2003.

Een pakje per dag

Roken verhoogt het risico op longkanker. Hoe lang iemand rookt of heeft gerookt en de hoeveelheid sigaretten die iemand rookt of heeft gerookt, spelen hierbij een belangrijke rol.

Alhoewel het aandeel rokers is gedaald, is de consumptie van tabak per roker toegenomen. Rookte een roker in 1970 gemiddeld 14 sigaretten per dag, in 2003 waren dat er 21.

Jan Hoogenboezem

Bron: StatLine