Internetvaardigheden

Jaarlijks wordt er in de maanden april en mei een steekproefonderzoek uitgevoerd naar het ICT-gebruik bij huishoudens en personen. Hierbij worden meer dan 4 duizend respondenten in de leeftijd van 12 tot 75 jaar ondervraagd.

In het ICT-onderzoek is gevraagd naar activiteiten die te maken hebben met het gebruik van internet. Voor het meten van de internetvaardigheid is gebruikgemaakt van een aantal activiteiten waarvan de gebruiker zelf aangeeft ze al eens te hebben uitgevoerd.

Hierbij gaat het om de volgende internetactiviteiten:
- zoekmachine gebruiken om informatie te vinden;
- een e-mail sturen met bijgevoegde documenten;
- berichten achter laten op chatrooms, nieuwsgroepen of een discussieforum;
- internet gebruiken om te telefoneren;
- mappen delen met anderen om muziek, films en dergelijke uit te wisselen;
- een webpagina ontwerpen.

Respondenten zijn vervolgens ingedeeld in de categorieën:
- geen vaardigheden: geen van de genoemde activiteiten uitgevoerd;
- weinig vaardigheden: één of twee van de genoemde activiteiten uitgevoerd;
- doorsnee vaardigheden: drie of vier van de genoemde activiteiten uitgevoerd;
- veel (hoge) vaardigheden: meer dan vier van de genoemde activiteiten uitgevoerd.

In Europees verband hebben de uitkomsten betrekking op personen van 16 tot en met 74 jaar.